maandag 14 september 2015

Groeten uit Loch Ness!

De opdracht van de les beeldende vorming van vandaag was: maak een ansichtkaart uit Loch Ness. De bedoeling hiervan is om een kaartje te maken met een eng zeemonster erop afgebeeld.

Betekenis
Als ik aan een monster denk, denk ik aan een angstaanjagend beest. Met een angstaanjagend beest bedoel ik een groot, eng beest dat een kille en koude sfeer om zich heen heeft hangen. Zo’n soort monster heb ik geprobeerd weer te geven op mijn kaart.

 Vorm
 Dit kunstwerk is 2D. Het is eerst getekend op een klein vel papier en daarna bewerkt met Oost-Indische inkt en ecoline.
Om een eng beeld te creƫren heb ik gebruik gemaakt van het kikkerstandpunt, zodat het monster groot lijkt. Het kikkerstandpunt houdt in dat de horizon laag is en er relatief veel te zien is van de lucht. Ik heb de horizon lijn daarom iets lager dan de helft van het papier getekend.











Het monster zelf is groot afgebeeld en neemt dus veel ruimte in beslag, de positie ervan is ongeveer in het midden.














Verder heb ik gebruik gemaakt van schaduw en veel structuur. Die structuur is vooral te zien bij de huid van het monster.






Materie
Om dit werk te kunnen maken heb ik gebruik gemaakt van de volgende materialen:
   - ecoline
   - Oost-Indische inkt
   -  papier
   - kwast
   - kroontjespen
   - voorbeeldfoto
   - extra blaadje om de ecoline op uit te proberen
   - water
Meer dan deze gereedschappen had ik ook niet nodig.

Beschouwing 
Voor de les heb ik foto's van het monster van Loch Ness opgezocht en uiteindelijk degene gekozen die mij het meest aansprak en waarop het monster naar mijn mening het mooist is afgebeeld. 
















Tijdens de les hebben we een uitgebreide powerpoint met afbeeldingen van monsters bekeken, maar ook voorbeelden van het werken met Oost-Indische inkt. Naar aanleiding van deze voorbeelden ben ik gaan werken met dit materiaal en deze techniek. Door middel van rondjes heb ik de huid van het monster structuur gegeven, deze rondjes zijn afwisselend dicht bij elkaar en ver uit elkaar, zodat het lijkt alsof er echt kleurverschil is.

In de nek heb ik de rondjes verder uit elkaar geplaatst, om zo een lichtere huidskleur te creƫren. Zodat er duidelijk kleurverschil te zien is met het lichaam van het monster.
Bij het lichaam heb ik de rondjes juist dichter bij elkaar gezet, zodat zijn huid hier donkerder is. 




Werkwijze 
De laatste keer dat ik met dit materiaal gewerkt heb, was op de basisschool. Het was voor mij dus alweer een hele lange tijd geleden. Ik heb nu ontdekt dat je met Oost-Indische inkt heel mooi en duidelijk structuur en textuur kan aangeven en dat ecoline zich vanzelf mengt als je twee natte kleuren door elkaar gebruikt. Ik vond het werken met ecoline lastig, omdat het snel uitloopt. Wel vind ik dat het kunstwerk door het gebruik van ecoline en ook door de combinatie van Oost-Indische inkt en ecoline heel mooi wordt. De kleuren worden heel duidelijk en warm. Bovendien worden de contouren ,van in dit geval het monster, ook heel strak en duidelijk. 

Onderzoek
Voor aanvang van de les heb ik afbeeldingen opgezocht om inspiratie op te doen.







Deze heb ik uiteindelijk gekozen, omdat ik hier de compositie van het monster het mooist vind. Bovendien vind ik dat dit monster een hele enge, sluwe blik in zijn ogen heeft. Dit maakt hem angstaanjagend.






Vervolgens heb ik in de les gekeken naar voorbeelden en naar hoe je kunt werken met Oost-Indische inkt. Daarna ben ik op een groot vel in stappen gaan schetsen hoe ik mijn ansichtkaart wilde maken. 

In deze schets zijn alleen de contouren weergegeven.













Nadat ik tevreden was over de schets op het grote vel, ben ik de schets opnieuw gaan tekenen, maar dan op het kleine kaartje.



















Toen mijn schets af was, ben ik begonnen met het geven van structuur door middel van Oost-Indische inkt. Ook dit heb ik weer in stapjes gedaan.

Bij het werken met de inkt ben ik eerst begonnen bij het monster zelf. Ik had besloten welke structuur ik hem wilde geven en zo ben ik hem langzaamaan gaan vormgeven.
Toen het monster klaar was, ben ik aan zijn omgeving begonnen. De zee heb ik golven gegeven.
Vervolgens heb ik bergen gemaakt, zodat er ook landschap is in de omgeving van het monster. Daarbij wordt hierdoor het verschil tussen de lucht en de zee duidelijk. 











De volgende stap was het werken met de ecoline zelf. Dit heb ik eerst uitgeprobeerd op een klein oefenblaadje, zodat ik wist hoe het moest en hoe veel water ik ongeveer moest gebruiken om de ecoline een mooie kleur te geven.
















Dit ben ik gaan toepassen op mijn kaart. Dat heb ik gedaan door eerst de grote vlakken zoals, de zee en de lucht in te kleuren en daarna passen de kleine, specifieke dingen, zoals het monster en de bergen.

















Op deze manier ben ik uiteindelijk tot het volgende eindresultaat gekomen:



















Deze werkwijze was mooi verdeeld in stappen, waardoor het maken van dit werk soepel verliep. 

Wat vind je geslaagd? Leg uit.
Ik vind het totaalbeeld er goed uitzien, omdat ik de kleurencombinatie mooi vind. Bovendien vind ik dat het goed gelukt is om mijn monster eng te maken. Naar mijn mening is het monster vooral eng door de blik die hij in zijn ogen heeft. Daarnaast heb ik deze keer goed, dun geschetst, want je ziet niks door de ecoline of de inkt heen! 

Wat kon beter? Waarom?
De volgende keer moet ik nauwkeuriger zijn met het gebruik van ecoline, omdat nu op sommige plekken de ecoline is uitgelopen. Dit ziet er niet mooi uit, dus dat is zeker een aandachtspunt. Verder is de diepte in dit werk niet heel duidelijk, dit kan ook beter de volgende keer. De horizon lijn is ook niet recht, door de volgende keer beter gebruik te maken van een liniaal, wil ik dit verbeteren. 


   

2 opmerkingen: